30 november 2022

De verontrustte en verwarde christen

Pinterest

Vanochtend appte ik:
'Ik moet eigenlijk weer gaan bloggen, dat is goed voor me!'
En eigenlijk vind ik zinnen waar het woord 'eigenlijk' in voorkomt, dat je die niet moet zeggen, maar moet doen. De laatste tijd komt het er niet zo van. Ik word opgeslokt door van alles en nog wat hier thuis en de kleine, mooie, troostvolle details van het leven ontgaan me een beetje, waardoor ik ook minder foto's maak. Maar er is altijd weer een weg terug. De decembermaand staat voor de deur en het lijkt me leuk en goed om het jaar al bloggend uit te gaan. Verwacht geen lange, bijzondere verhalen, soms zal het heel kort zijn, misschien alleen maar een quote of een foto. Waarschijnlijk het vaakst een impressie van de dag.

De Vlaamse Gaai heeft onze tuin ook gevonden!

Vandaag eerst de derde vraag in de reeks van vier!

De eerste vraag die me door moeilijke tijden heen helpt is:
'Als God voor ons is, wie zal dan tegen ons zijn?'
De blog waarin het over deze vraag ging vind je hier.

De tweede vraag is:
'Zou God, die Zijn Zoon geschonken heeft, ons met Hem niet alle dingen schenken?'
De blog die erbij hoort vind je hier.

En nu gaan we verder met de derde vraag.
De vierde vraag zal ergens in december aan de beurt komen, maar niet gelijk morgen al.

 Vraag 3
Wie zal uitverkorenen Gods beschuldigen? God is het, die rechtvaardigt; wie zal veroordelen?

De voorgaande twee vragen schreef Paulus om bij de gelovige angst voor tegenstand en ontberingen weg te nemen. Dit vers schrijft hij om de angst voor afwijzing door God weg te nemen.
Het geweten kan verziekt worden, doordat men zich niet genoeg bewust is van zonden, maar ook, doordat men zich niet genoeg bewust is van de vergeving.

Paulus ontkent geen moment dat christenen falen en vallen, soms heel pijnlijk. Ook betwist hij niet dat zonden, die begaan zijn nadat met tot geloof gekomen is, veel pijnlijker ervaren worden dan morele blunders, hoe groot dan ook, van voor die tijd. Maar met nadruk ontkent Paulus, dat fouten, die wij in het heden begaan, onze gerechtvaardigde positie voor God in gevaar kunnen brengen. Hij motiveert dat eenvoudig als volgt: Niemand is in staat God ertoe te dwingen zijn besluit te herzien! 'Wie zal uitverkorenen Gods beschuldigen?'

Paulus herinnert ons aan Gods genade in de uitverkiezing:
Bedenk toch dat degenen, die God nu rechtvaardigt van eeuwigheid af reeds uitverkoren waren door de verlossing. Als hun rechtvaardiging op een bepaald moment herroepen zou worden, zou daarmee Gods eeuwige plan voor hen totaal teniet gedaan worden. Op grond daarvan is het verlies van de rechtvaardiging ondenkbaar.

Paulus herinnert ons aan Gods soevereiniteit in het oordeel:
God is het die rechtvaardigt; wie zal veroordelen? Als God, Schepper en Rechter van alles, de rechtvaardiging over u uitspreekt en daarmee verklaart, dat u gerechtvaardigd bent voor de wet en voor Hemzelf en dat u niet langer, vanwege uw zonden, onderworpen bent aan de dood, maar aangenomen in Christus en als God dat oordeel heeft uitgesproken ondanks al uw tekortkomingen en u toch rechtvaardigt, als God u als goddeloze dus rechtvaardigt (Rom 4:5), dan kan niemand die uitspraak ooit betwisten, zelfs de 'aanklager van de broeders' in hoogst eigen persoon niet! Niemand kan Gods besluit veranderen, want er is maar één Rechter. En er is niemand, die met nieuwe bewijzen van onze verdorvenheid alsnog Gods oordeel kan veranderen. Want God wist wat Hij deed, toen Hij u rechtvaardigde. Hij wist het meest slechte van u, toen Hij u om Jezus' wil aannam. En het besluit, dat Hij toen nam was en is definitief.

Paulus herinnert ons aan de betrokkenheid van Christus in de verzoening.
Alles wat Paulus hier zegt is bedoeld om ons te laten inzien, hoe absurd het is om te denken, dat Christus ons zal veroordelen. Hij stierf , om ons te verlossen van het oordeel, door de straf voor onze zonden plaatsvervangend op zich te nemen. Hij stond op uit de dood en is verheerlijkt 'tot een Leidsman en Heiland om Israël bekering en vergeving van zonden te schenken' (Hand 5:31). Nu zit Hij aan de rechterhand van de Vader en pleit voor ons met gezag, dat wil zeggen: Hij ziet er op toe, dat wij alles ontvangen, dat Hij door zijn sterven voor ons bewerkt heeft. Zou Hij ons veroordelen? Hij, de Middelaar die ons liefhad en Zichzelf voor ons gaf, wiens voortdurende zorg het nu, in de hemel, is, dat wij ten volle de vruchten zullen plukken van zijn verlossingswerk voor ons? Het idee alleen al is grotesk en onmogelijk! En ook hier zien wij weer, dat het verlies van de rechtvaardiging ondenkbaar is.

Dat is, wat de christen, die verontrust en verward is, zichzelf moet voorhouden als woord van God!



1 opmerking:

marijke zei

Dankjewel voor bovenstaand bemoedigend blog. Ik denk inderdaad dat we ons niet voldoende bewust zijn van de vergeving. Las eens een quote met de strekking: we zijn ons niet bewust van hoeveel zonde we doen, maar ook niet van de hoeveelheid vergeving.

Laatst zat ik wat in de put en dacht ik terug aan de vorige dag. Ik dacht toen: als ik nu van dat en dat net als Lieneke foto's had gemaakt, had het me zeker opgebeurd...
Blijkbaar helpt het jou ook, door de foto's zie je in het gewone (wat ik vaak voor vanzelfsprekend aanneem) het schone.

Een reactie posten

Heb jij Hem nog gezien vandaag? Reacties op deze vraag of op wat ik geschreven heb zijn altijd fijn! Zo kunnen we elkaar bemoedigen.